Van aanvankelijk getalbegrip tot algoritmisch denken, een interview met het Praedinius Gymnasium

De herziening van het Nederlandse onderwijscurriculum is in volle gang. Vanuit het landelijk platform curriculum.nu worden negen leergebieden binnen het onderwijs grondig herzien en aangepast aan de eisen van de moderne maatschappij. Het Praedinius Gymnasium in de stad Groningen levert in dit proces een belangrijke bijdrage voor het domein rekenen en wiskunde

 

Als ontwikkelschool denkt het Praedinius onder leiding van Karla Thie (docent wiskunde) en rector Maurice van Daal mee over de stappen die genomen worden om het reken- en wiskundeonderwijs te actualiseren.

Meepraten over je vakgebied

Waarom heeft het Praedinius ervoor gekozen ontwikkelschool te worden? “Wij hebben een actieve, hechte wiskundesectie, die wel naar zijn eigen werk wil kijken”, vertelt Thie. “En met dit traject heb je de kans om eens echt mee te praten over je eigen vakgebied.” Op 8 maart 2018 is het traject vanuit curriculum.nu van start gegaan. Het eerste product waar feedback op gevraagd werd, was de visie op het leergebied, een breed en nog tamelijk abstract product. Vervolgens werden de grote opdrachtenuitgezet, zes in totaal voor rekenen en wiskunde. De grote opdrachten beschrijven de essentie van het specifieke leergebied. Inmiddels is weer een volgende stap gezet met het formuleren van bouwstenen. De bouwstenen beschrijven de benodigde kennis en vaardigheden voor de grote opdrachten. Uiteindelijk vormen alle producten samen een basis voor de herziening van de kerndoelen.

Betere doorlopende leerlijnen

Op het gebied van wiskunde is het Praedinius de enige ontwikkelschool in het voortgezet onderwijs in Nederland. Dat verbaasde Thie wel: “Door mee te doen als ontwikkelschool, heb je directe invloed op de toekomst van je vakgebied. Wij hebben natuurlijk wel een specifieke doelgroep op onze school. Onze feedback baseren wij op onze eigen leerlingen. Dat zijn leerlingen die bovengemiddeld intelligent zijn”. Thie kan zich voorstellen dat bepaalde kennis en vaardigheden voor leerlingen van andere onderwijssoorten minder vanzelfsprekend zijn. Ze probeert dan ook docenten van andere scholen te betrekken bij het ontwikkelproces, bijvoorbeeld door contact te onderhouden met de Vereniging van Wiskundeleraren en collega docenten wiskunde van andere scholen uit te nodigen voor feedbackrondes. Voor het primair onderwijs zijn er wel meer ontwikkelscholen. De dichtstbijzijnde school is de Eexterbasisschool in Scheemda. Verder zijn er nog vier basisscholen verspreid over het land die meedenken en feedback geven op de tussenproducten. Omdat curriculum.nu ook aandacht wil besteden aan een soepele overgang tussen basis- en voortgezet onderwijs is de deelname van zowel basisscholen als vo-scholen van groot belang. “We denken soms in het voortgezet onderwijs dat een bepaald onderdeel op de basisschool al is behandeld. Dat blijkt dan niet te kloppen”, vertelt Thie. In dat opzicht kunnen er dus betere doorlopende leerlijnen ontwikkeld worden.

Feedback verzamelen

Als ontwikkelschool is het Thie’s taak om zoveel mogelijk feedback te verzamelen bij collega’s, leerlingen en ouders. “Dit doen we door bijeenkomsten te organiseren met ouders en wiskundedocenten, maar ook door ideeën aan bovenbouwleerlingen voor te leggen. Eigenlijk past de naam ‘feedback-verzamelschool’ beter dan ontwikkelschool”, vertelt ze lachend. Thie beschouwt de feedback die ze ontvangt als zeer waardevol. “Het bespreken met de ouders is heel verhelderend”. De meeste ouders die naar de bijeenkomsten komen, hebben in hun werk te maken met wiskundige elementen, legt ze uit. Zij hebben dus goed zicht op de eisen die toekomstige werkgevers stellen aan werknemers en of deze eisen aansluiten op de kerndoelen van het onderwijs.

Voor iedere bijeenkomst nodigt Thie alle ouders van de school uit. Meestal komen er een stuk of zes, zeven ouders. Met elkaar worden aan de hand van de tussenproducten uiteenlopende wiskundige onderwerpen besproken. Wanneer begin je met algebra? Welke breuken moeten leerlingen in groep 8 van de basisschool beheersen? Wat verwacht je van leerlingen in de onderbouw, wat kan wachten tot de bovenbouw? De discussies lopen vaak tot in de late uurtjes door.

Weg met de breuken?

Om de overladenheid in het onderwijs te verminderen, hanteert het ontwikkelteam als vuistregel dat het bouwstenen ontwikkelt voor ongeveer 70% van de huidige onderwijstijd. Dat betekent dat er kritisch gekeken moet worden en dat er keuzes gemaakt moeten worden. Een voorbeeld hiervan is de discussie over breuken in het basisonderwijs, die onlangs in het nieuws kwam. Thie geeft aan het jammer te vinden hoe eenzijdig de situatie in het nieuws werd voorgesteld. Curriculum.nu kwam dan ook al snel met een nuancering: breuken zouden zeker niet in zijn geheel uit het basisonderwijs verdwijnen, maar er werden wel keuzes gemaakt met betrekking tot de inhoud. Bepaalde onderdelen worden overgeheveld naar het voortgezet onderwijs, wat ook de samenhang tussen breuken en andere onderdelen ten goede komt.

Het vervolg

Voorlopig wordt er binnen het traject nog hard gewerkt aan het vaststellen en aanscherpen van de bouwstenen. In het najaar van 2019 worden de opbrengsten voorgelegd aan de minister van Onderwijs, die hier vervolgens mee naar de Tweede Kamer gaat. Volgens Thie verandert er op het gebied van rekenen en wiskunde inhoudelijk niet heel veel. Zeker in vergelijking met sommige andere leergebieden, zoals bijvoorbeeld digitale geletterdheid. Maar een programma met meer samenhang, betere doorlopende leerlijnen en minder overladenheid ligt inmiddels zeker binnen handbereik.